10-05-2022

PGB, weg ermee?

Het beheren van een pgb is geen peulenschilletje. De zorgvrager is tevens budgethouder en heeft op zijn minst administratieve vaardigheden nodig. Wanneer dit de budgethouder niet lukt kan iemand dit ook namens de budgethouder regelen. Dit zorgt soms voor lastige en soms zelf schrijnende situaties. Bijvoorbeeld wanneer door iemand namens de budgethouder onverantwoord wordt gehandeld, maar de budgethouder nog steeds verantwoordelijk is.

De zorgen rondom pgb zijn niet nieuw. Zo heb ik zelf nog een voorbeeld van zo’n tien jaar geleden toen ik in de zorg werkte. Bij een jongen die een paar uur per week iets leuks ging doen met een vrijwilliger werd de vrijwilligersvergoeding omgezet naar een pgb met veel hogere vergoeding. De vraag is of dat wenselijk was en is. Of dat we vooral de waarde zien die het oplevert: begeleiding op maat.

Ingevoerd voor keuzevrijheid en marktwerking
De ideeën achter het invoeren van het pgb in 1995 zijn mooi. Het geeft inwoners de keuzevrijheid zelf zorg in te kopen. Naast een zorgkantoor of zorgverzekeraar kan de gemeente verstrekker zijn van het pgb, bijvoorbeeld voor begeleiding en beschermd wonen. Dit is vooral belangrijk voor uitzonderlijke situaties waarin maatwerk nodig is. Inwoners hebben de regie over welke zorg zij nodig hebben en wat ze inkopen.

De invoering van het pgb is daarmee een stap in de emancipatie van inwoners met een beperking. Maar sluit ook aan bij de wens die er destijds was voor meer marktwerking in de zorg. De regie bij inwoners maakt ook dat ze een stem hebben richting zorgaanbieders. Inwoners hoeven niet een standaard aanbod af te nemen, maar kunnen hun wensen op tafel leggen. Er wordt niet alleen zorg geleverd door grote organisaties, maar ook door de buurvrouw. Goedkoper, flexibel en beter passend was het idee.

Haken en ogen in de praktijk
Het beheren van een pgb is geen peulenschilletje. De zorgvrager is tevens budgethouder en heeft op zijn minst administratieve vaardigheden nodig. Wanneer dit de budgethouder niet lukt kan iemand dit ook namens de budgethouder regelen. Dit zorgt soms voor lastige en soms zelf schrijnende situaties. Bijvoorbeeld wanneer door iemand namens de budgethouder onverantwoord wordt gehandeld, maar de budgethouder nog steeds verantwoordelijk is.

In gesprek met consulenten uit gemeenten valt op dat er inwoners zijn die zich melden om een pgb aan te vragen. Terwijl de volgorde is: je meldt je met jouw zorgvraag en bekijkt samen met de gemeente wat nodig is. Het sluitstuk is de financieringsvorm, pgb of zorg in natura (ZiN). Toch laat de praktijk zien dat de inwoner vaak al weet welke zorg, door wie, voor hoeveel geld en voor hoeveel uren nodig is, voordat hij of zij bij de gemeente aanklopt.

Het niet-pluisgevoel komt geregeld voor. Van een pgb voor een zorgaanbieder die met redenen niet gecontracteerd is tot een pgb voor een hoog aantal uren voor het schoonmaken van het huis door een dochter. Het ontbreekt de consulent aan tijd en aan handvatten om goed onderzoek te doen en eventueel een pgb af te wijzen. Dat is geen goede zaak, want zo weet je als gemeente niet of de zorg die je bekostigt ook zorg van goede kwaliteit is. Anders dan bij ZiN hoeft er over een pgb nauwelijks verantwoording afgelegd te worden.

Fraude, in ieder geval in de beeldvorming
Alle bovengenoemde haken en ogen hebben een link naar fraude. Daar wordt pgb dan ook vaak mee geassocieerd. Dat is deels terecht: er wordt gefraudeerd met pgb’s. Zeker in de jeugdzorg is er soms sprake van excessen die in de tonnen lopen.

Echter wordt met alle regelingen gefraudeerd. En fraudebestrijding en handhaving zijn tegenwoordig geen populaire woorden bij gemeenten. Dit komt mede door vervelende rechtszaken door bijvoorbeeld terugvordering van bijstand. Daar komt bij dat veel gemeenten dan ook (zeer) weinig capaciteit beschikbaar hebben om fraude aan te pakken. Lastig hierbij is dat naar zowel zorgorganisaties als individuen gekeken moet worden, terwijl dat een andere aanpak vraagt. Daarbij kan het zijn dat handhaving regionaal is geregeld, waar pgb vaak een lokale aangelegenheid is. Tot slot zou je op papier een hoop geld moeten kunnen terugvorderen, maar is dit in de praktijk vaak niet het geval.

Wat kunnen gemeenten doen
Pgb, moeten we het dan afschaffen, weg ermee? Nee. Dat is niet wenselijk en (gelukkig) ook niet zomaar mogelijk. Om maar gelijk met fraude te beginnen: ook pgb heeft handhaving nodig. Als er regels zijn, moet iemand controleren of men zich hieraan houdt. Zorgcowboys moeten aangepakt en belangrijker nog, inwoners moeten de zorg krijgen die zij nodig hebben. Voorzichtigheid is hierbij uitermate belangrijk, zo leert de toeslagenaffaire ons.

Daarnaast is juiste informatieverstrekking over pgb cruciaal. Wat zijn de voorwaarden, wat wordt er van inwoners verwacht? Maar ook, wanneer kan het niet? Hieronder valt het toetsen van de pgb-vaardigheid van de budgethouder. Belangrijk hierbij is dat dit geen instrument is om pgb’s af te wijzen, maar om het goede gesprek aan te gaan wat allemaal komt kijken bij het beheren van een pgb.

Tot slot is er werk aan de winkel om meer grip te krijgen op pgb. Gemeenten moeten in kaart hebben of krijgen om hoeveel inwoners het gaat, wat het huidige beleid is en hoe dit functioneert. Lijvige stukken zijn nooit aan te raden, maar een aantal dingen moeten toch echt verankerd worden in beleidsregels en/of een verordening. Dit biedt houvast voor de burgers, maar ook voor de gemeente zelf.

Meer weten?

Neem dan contact op met onze Nauturiaan Liesbeth aan de Stegge.

Mail Liesbeth